h

Algemene beschouwingen: hoopvol pessimisme

20 juni 2024

Algemene beschouwingen: hoopvol pessimisme

Tijdens de Statenvergadering van 19 juni was het jaarlijkse ritueel van de Algemene Beschouwingen aan de orde. Alle Statenfracties geven dan hun oordeel over het financiële reilen en zeilen van het Provinciebestuur en verder alles wat in hun kraam te pas komt. Ook de SP-fractie deed een duit in het zakje. Hieronder de bijdrage van SP-fractievoorzitter Jan Breur.

Optimisme is overrated. Hoe tegenstrijdig het ook lijkt; de pessimist staat veel prettiger in het leven. Een optimist neemt de beste uitkomst als uitgangspunt, en zal daarom vaak geconfronteerd worden met tegenvallende resultaten. Een pessimist daarentegen neemt de minst goede uitkomst als uitgangspunt, en zal daardoor vooral blij verrast zijn door meevallers. Niet alleen dat, maar doordat hij de beren op de weg ziet, kan hij maatregelen nemen om de beer te ontwijken - en dus die gevreesde slechte uitkomst voorkomen. Met pessimisme krijg je dus betere resultaten.

Echter, een teveel aan pessimisme is ook niet goed. Teveel angst voor een slechte uitkomst kan je lamslaan. Je hebt dus voldoende optimisme nodig om te geloven dat het goed KAN komen, naast voldoende pessimisme om te beseffen dat dit niet vanzelf gaat. Noem het hoopvol pessimisme.

En met hoopvol pessimisme bekijken wij deze kadernota.

Met hoopvol pessimisme nemen wij kennis van een hoog weerstandsvermogen enerzijds en de verwachte tekorten in de toekomst anderzijds. En een nieuw kabinet, waarvan we nog niet weten hoe goed dat voor de provincies zal zorgen.

Met hoopvol pessimisme nemen we kennis van de voorgenomen groeisprong en bijbehorende investeringen, terwijl alle seinen op rood staan: netcongestie, drinkwater, menskracht, rijksmiddelen…

Het kan goedkomen, maar het gaat niet vanzelf.

Met hoopvol pessimisme kijken we naar de woningnood. Daarom kijken we rijkhalzend uit naar de wet Regie Volkshuisvesting en het daaruit voortvloeiende Volkshuisvestingprogramma. We hadden liever gezien dat dit bekostigd zou worden uit het weerstandsvermogen, dan uit het beleidsdoel passende woonruimte voor iedereen naar woonbehoefte, maar soit.

De woningnood maakt wonen ook duur. Ons commissielid Dane Harris vraagt zich regelmatig bij beleidsstukken af: hoe helpt dit de gewone Utrechter? Daarom dienen wij een motie in om te onderzoeken hoe de Provincie een rol kan hebben in het betaalbaar houden van de woonlasten.

Met hoopvol pessimisme constateren we dat de aanbestedingen voor de OV-concessies succesvol zijn verlopen, en dat er hier zich geen Zeeuwse toestanden voordoen. Om er zeker van te zijn dat die er in de toekomst ook niet komen, is mijn fractie van mening dat we af moeten van het hele aanbestedingscircus, en het OV in eigen handen moeten nemen. In de ideale situatie zien we dat de volgende concessies worden inbesteed in plaats van aanbesteed. En zelfs wanneer je niet met dit kruid wenst te koken, is het altijd handig om in je keukenkastje te hebben. Daarom dienen we een motie in, om aan het kabinet aan te geven dat wij deze mogelijkheid - ook voor de concessie ‘buiten’ - tot onze beschikking willen hebben.

Met hoopvol pessimisme streven wij naar het OV als volwaardig alternatief voor de auto. Tussen Veenendaal en Amersfoort is dat nog niet het geval. Onze verwachtingen rond het herstellen van de PON-lijn zijn niet al te hooggespannen, maar een BRT-verbinding is een gouden kans. We wachten de resultaten van het toegezegde onderzoek hiernaar met geduld af.

In de tussentijd moeten we ook kijken naar het OV in de tussenliggende plaatsen. ChristenUnie dient hierover een motie in, die wij van harte mede-indienen.

Met hoopvol pessimisme zien wij ook de vele steunbetuigingen voor de verkeerstuin in Transwijk. Een mooie plek waar verschillende lagen van de bevolking - uit de wijde regio en daarbuiten - verkeersvaardig worden. Helaas; deze plek wordt in haar voortbestaan bedreigd. Vandaar dat wij een motie indienen die het college verzoekt om met de Gemeente Utrecht en andere belanghebbenden om de tafel te gaan zitten en een oplossing te zoeken.

Het kan goedkomen, maar het gaat niet vanzelf.

Voorzitter, met hoopvol pessimisme kijk ik ook naar de geprognotiseerde duur van deze vergadering en het aandeel dat ik daarin heb. Hoewel ik graag nog veel meer onderwerpen had aangestipt, lijkt het me wijs om nu af te ronden.

Het kan goedkomen, maar het gaat niet vanzelf.

Reactie toevoegen

U bent hier