Provincie Utrecht

In de vergadering van 3 juni namen Provinciale Staten unaniem de motie aan van SP, GroenLinks en VVD om het laatste oude sneltramstel en de reserveonderdelen te behoeden voor de sloop en deze ter beschikking te stellen aan het Nederlands Transportmuseum. Het Provinciebestuur kreeg daarmee de opdracht om samen met de initiatiefnemer, de Tramweg-stichting, hierover tot afspraken te komen. Een mooi resultaat, waar de SP-fractie zeer verheugd over is.

Eind mei trok de Tramweg-stichting aan de bel bij Provinciale Staten, omdat, ondanks eerdere welwillendheid bij de Provincie, toch al het materieel van de oude sneltrams van de lijn tussen Utrecht, Nieuwegein en IJsselstein gesloopt dreigde te worden. De SP pakte de handschoen op en diende met GroenLinks en de VVD een motie in om dat te voorkomen.

SP-fractievoorzitter Andrea Poppe is blij met de brede steun uit de Staten: “De oude tramstellen zijn gaan rijden in 1983 Vele generaties hebben met de trein gereisd voor school, woon-werkverkeer, familiebezoek, of een bezoek aan concert of theater. Je hebt maar één keer de kans om erfgoed zeker te stellen voor latere generaties en dat is nu. We moeten daar heel verstandig mee omgaan. Het mag dan misschien geen cultureel erfgoed heten , maar vele generaties hebben daar goede herinneringen aan en het zou mooi zijn als die bewaard kunnen blijven.”

De Tramwegstichting heeft aangegeven te kunnen zorgen voor de tram en het onderhoud. Ze willen ook vrijwilligers beschikbaar stellen om een tramstel bij het museum in Nieuw Vennep, te krijgen waar hij een plekje kan krijgen naast de eerste metro van Amsterdam.

Poppe: “De Gedeputeerde gaat bekijken wat de mogelijkheden zijn, komt met een voorstel terug naar de Staten met een kostenplaatje. Dan is het aan de Staten of dat doorgaat en wij hebben er
vertrouwen in dat dit lukt.”